Adam en Eva leven in het hof van Eden. Zij zijn gelukkig tot op het moment dat ze ongehoorzaam worden aan God door te eten van de verboden boom. God roept Adam en Eva ter verantwoording.
Met welke woorden roept Hij hen?
Adam en Eva zijn zo gelukkig en nu is het plotseling heel anders geworden. Ze verbergen zich nu voor God. Hij roept de mens en zegt: "Waar ben je?" Zie Genesis 3:9.
In het Bijbelboek Leviticus, in het Oude Testament, staan allerlei voorschriften waaraan het volk Israël zich moest houden.
Zo zijn er ook voorschriften voor de invulling van de zevende dag van de week.
Hoe wordt die dag omschreven?
Leviticus geeft in hoofdstuk 23 aan dat de Israëlieten zes dagen mochten werken, maar dat ze de zevende dag moesten vieren als een rustdag.
Later gingen christenen de opstandingsdag vieren en dat is de zondag.
In het evangelie volgens Matteüs vertelt Jezus over een man die op reis gaat en zijn geld in beheer geeft aan zijn dienaren.
De eerste dienaar krijgt vijf talent en de derde één, maar hoeveel krijgt de tweede dienaar?
De tweede dienaar krijgt minder dan de eerste, maar neemt wel zijn verantwoordelijkheid en gaat zaken doen. Hij verdient er twee talent bij.
In het Nieuwe Testament van de Bijbel staan gelijkenissen; verhalen waarmee Jezus iets duidelijk wil maken. Hij vertelt over een vader die twee zonen heeft. De jongste vraagt om zijn deel van het bezit.
Wat gaat hij vervolgens doen?
De jongen gaat op reis en draait zijn hele bezit erdoor. Zijn broer heeft het tegen zijn vader zelfs over 'die zoon van u die uw vermogen heeft verkwanseld aan de hoeren'.